Feyenoord geeft de strijd tegen het betalen van een crisisheffing van ruim 650.000 euro niet op.

De Rotterdamse club heeft onlangs een beroepszaak bij de rechtbank in Den Haag verloren, maar gaat tegen deze uitspraak beroep aantekenen. “We zijn het hier niet mee eens en gaan door”, aldus de woordvoerder van Feyenoord.

De crisisheffing houdt in dat werkgevers in 2012 en 2013 16 procent extra belasting moesten betalen over salarissen van meer dan 150.000 euro. Dat geld gebruikte het kabinet om het begrotingstekort terug te dringen.

Onder meer de KNVB en clubs in het betaalde voetbal verzetten zich tegen de crisisheffing omdat de voetbalclubs er “onevenredig zwaar” door zouden worden getroffen. Veel werknemers, met name de spelers, van Nederlandse clubs verdienen aanmerkelijk meer dan anderhalve ton per jaar. Profclubs betaalden door de heffing twee jaar lang in totaal 16,5 miljoen euro extra belasting.

Disproportioneel

Feyenoord vindt dat het disproportioneel hard is getroffen door de crisisheffing. Volgens de club is de maatregel in strijd met de Wet Loonbelasting en het discriminatieverbod in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.

Algemeen directeur Eric Gudde van Feyenoord zei in 2013 dat Feyenoord door de heffing wordt geremd in de verdere gezondmaking van de club. "Dit helpt niet mee in het bereiken van zwarte cijfers en het versneld verbeteren van het negatief eigen vermogen. Ook zullen we waarschijnlijk vacatures niet kunnen vervullen en projecten moeten schrappen."

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl